dinsdag 10 juli 2012

Geschiedenis van het strijken deel 3

In de vijftiende eeuw kwam de ijzeren strijkbout en later de koperen. Deze geleidden de warmte beter dan het aardewerk. Deze bouten warmde men op op de kachel. De vorm leek op de vorm zoals we de strijkbout nu ook kennen, met een taps-toelopende voorkant en een handvat aan de bovenkant. De achterkant was soms ook taps-toelopend. Nog niet ideaal, want ze verloren ook snel hun warmte. Daarnaast moest er nog wat gedaan worden aan het handvat, wat eerst ook nog van ijzer was. Men wikkelde dit vaak in met warmtewerend materiaal zoals leer of textiel. Deze bouten gingen wel langer mee dan de aardewerk exemplaren. Dit type strijkijzer in in gebruik geweest tot de 20ste eeuw.

Massief strijkijzer (zogenaamde kachelbout), met hol ijzeren handvat (Silvesters Patent), merk Salter
http://collectie.museumrotterdam.nl/objecten/63813
Engelse massief ijzeren strijkbout uit 19e eeuw uit de collectie van Museum Rotterdam

Geen opmerkingen:

Een reactie posten